Open lucht museum arnhem
Oprichting van het Openlucht museum
Het open lucht museum arnhem kwam tot stand mede dankzij de historicus Frederic Adolph Hoefer, die in april 1912 het plan opperde om een openluchtmuseum te bouwen. In navolging van soortgelijke musea die hij in Scandinavië had bezocht. Door industrialisatie en verstedelijking verdwenen de regionale verschillen en dreigden tradities en ambachten verloren te gaan. Door historisch belangrijke gebouwen naar een museumterrein te verplaatsen, waar mensen met kennis van zaken aan bezoekers tonen hoe men vroeger leefde en werkte, kan het verleden levend worden gehouden. De “Vereniging voor Volkskunde Het Nederlands Openluchtmuseum” werd nog dezelfde maand opgericht, en deze opende op 13 juli 1918 haar deuren, met zes gebouwen die men van elders had overgebracht. Een van deze eerste huisjes is het los hoes uit Beuningen dat al in de 17e eeuw is gebouwd.
Collectie van het museum
In de collectie van het museum bevinden zich ongeveer 152.000 voorwerpen waaronder boerenwagens, woningtextiel, streekdracht en speelgoed. Een deel daarvan is te zien in het museumpark, maar het overgrote deel bevindt zich in een depot. Het museum werkt met verschillende erfgoedinstellingen (Rijksmuseum, Paleis het Loo en Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) samen aan het CollectieCentrum Nederland, een gezamenlijk depot in Amersfoort dat sinds zomer 2021 in gebruik is.
De geschiedenis van Open lucht museum in arnhem
In het binnenmuseum is het dagelijks leven met de grote gebeurtenissen uit het verleden verbonden. De vijftig vensters van de Canon van Nederland zijn in tien tijdvakken verwerkt met historische objecten, interactieve en audiovisuele presentaties. Naast de presentatie zijn er ook verschillende vensters uit de Canon belicht in bestaande historische gebouwen uit het museumpark.
bron/wikipedia




